![]() |
Utah
september - oktober 2010
Bij de immigratie in Mineapolis loop ik zoveel vertraging op dat ik mijn aansluitende vlucht al niet meer kan halen. Op het moment dat ik mijn bagage opnieuw incheck hoor ik eigenlijk al in het toestel te zitten, anderhalf uur is dus niet genoeg voor de overstap. Na de rij voor de 19 immigratiebalies (voor vier vluchten) moet ik nog een minuut of tien op een supervisor wachten voor ik een stempel in mijn paspoort krijg. ik wordt overgeboekt naar de laatste vlucht van de dag, maar kan gelukkig nog als stand-by passagier mee op de eerst volgende vlucht naar Salt Lake City. Omdat het al donker wordt neem ik vanaf het vliegveld toch maar een taxi naar mijn hotel.
De eerste dag breng ik door in Salt Lake City,
waar ik ondermeer wat reserve voedsel in sla bij Rei, en uiteraard rond hang bij
de Mormonen kerk. Volgens mij had meneer Young eigenlijk alleen een nieuwe
godsdienst nodig omdat hij 27 vrouwen had en de teksten van Joseph Smith als een
geschenk uit de hemel kwamen om dit te realiseren.
Daarna verlaat ik de stad, nou ja ik rij naar Provo. Dit is eigenlijk een aaneenschakeling van steden, waarbij je langs de UT89 voornamelijk autodealers, tatoo - en pawn shops ziet. Dat moet hier big business zijn. Ik moet zelfs een stuk over de Interstate 15, gelukkig maar een paar mijl, want vrolijk wordt je niet van de verkeersdrukte op deze directe weg naar Las Vegas. Na Spanish Fork is er ineens geen huis meer te bekennen. Eigenlijk is er niets meer. Tot ik aankom op de Soldier Summit kom ik een gesloten benzine pomp tegen, die nu alleen nog dienst doet als pompservice voor heli's. De weg gaat tot de pas wel alleen maar omhoog, nergens echt steil (maximaal 5%) maar wel heel veel vals plat. Je ziet de weg omlaag gaan, maar uit je ooghoeken zie je de hoogtemeter stijgen. Ondertussen is het bloedheet (en kruk droog) en heb ik ook nog een keiharde wind tegen. Hier kan je niet tegen op drinken en ik krijg van een dame wat water en andere dranken die ze in haar auto heeft. Niet veel later vind ik een hek dat open staat en kan ik afdalen naar de rivier. Ik besluit hier maar, een kilometer of tien voor de pas op een hoogte van ruim 2000 meter te blijven. Ik heb in elk geval weer helder en fris (gefilterd) water. De hele weg omhoog loopt langs een rivier, maar helaas is die bijna nergens te bereiken omdat er langs de hele weg een hek staat. Dat hek is volgens mij bedoeld om de herten van de weg af te houden, voor het hek begon lagen er met enige regelmaat kadavers naast de weg. Vanaf Soldier Summit is het voornamelijk afdalen naar Price, omdat ik het volgende stuk niets verwacht besluit ik hier te overnachten. Wel in een hotel omdat er geen camping is.
De omgeving is erg mooi, maar mijn vermoeden komt uit. Een paar kilometer na Price kom je nog door Wellington en vervolgens kom je halverwege nog langs een gesloten benzine pomp, maar verder is er tot Green River niets anders dan een lege woestijn met een weg er door heen. Ik ben wel beter voor bereid en heb een redelijke voorraad water bij me. Green River kom ik aan op een bijna volle camping, het is Mellons Day en voor de mensen hier is dat een lang weekeind, ze gaan allemaal kamperen. Denk hierbij aan een stadbus met een extra auto er achter. De campers zijn af en toe gigantisch en dan neem je ook nog je auto, motor, quad en boot mee, maar veel mensen zijn praktischer en maken gebruik van een fifth wheeler caravan. Zelfs de kleinste caravans hebben al een dubbele as.
Ik ga verder via de oude snelweg (twee auto's en twee motoren) en een klein stukje van de rustige interstate 70 naar de afslag richting Moab. De weg hier is wel druk, maar in het geheel valt het nog wel mee. Vlak voor Moab kleurt de rots ineens bloedrood, terwijl het doorvoor nog een aaneenschakeling van verschillende kleuren was. Omdat ik verwacht dat ik aan het einde van de middag geen kampeerplek meer in het Arches National Park kan krijgen rij ik door naar de eerst volgende camping in Moab, ook hier krijg ik nog slechts met moeite een plaats.
Het temperatuur verschil is onvoorstelbaar, dag en nacht schelen hier 30 graden, en dan is dit nog het koele seizoen.
Arches is eigenlijk te groot om vanaf de fiets
te bekijken, bovendien is het weer ontzettend heet. Het is zelfs zo erg dat de
wind niet eens meer verkoelend aanvoelt, maar gewoon hete lucht is.
Vanaf Moab
ga ik verder, het eerste stuk rij je nog door de smalle dalen maar na de Hole In
the Rock rijdt je weer een uitgestrekt landschap in. Het is wel een lange klim
naar Monticello die al in Moab begint. Omdat ik zowel voor de Hole In The Rock
als in de schaduw van een groot informatie bord lange tijd heb gezeten wordt het
al laat als ik de laatste mijlen richting Monticello pas aan het einde van de
middag af, waarbij het eindelijk wat af begon te koelen (>25 graden).
Uiteindelijk blijk ik iets minder dan 6 liter water te hebben gedronken. Hier
zie ik bijna voor het eerst boerderijen. Als ik door rij richting Blanding zie
(of beter voel) ik regen, het is in elk geval niet meer zo'n extreem droge
lucht. Ik neem aan dat het komt omdat ik zo hoog zit, maar ik zie ineens
allemaal bomen om me heen, overigens zonder afbreuk te doen aan de enorme bossen
Rabbit Bush, die ik ook al in de hele woestijn heb zien staan.
In Blanding neem ik een hotel, zodat ik weer
eens een lekker bed heb, en bovendien in de gelegenheid ben om te wassen en alle
accu's weer op te laden (die van de elektronica). Omdat ik op de fiets ben krijg
ik van de eigenaar zelfs spontaan een fietskorting. De volgende ochtend verlaat
ik mijn comfortabele bed en ga verder in de richting die ik op wil. in het
eerste stuk moest ik redelijk wat afdalen. Na een breed ravijn in te zijn
gereden stopt er een pick-up naast me met de vraag of ik een lift naar de top
wil ................ Had ik het maar gedaan, de top lag namelijk wel twintig
kilometer verderop dus weer een lange warme klim. Na de pas hoefde ik ongeveer
alleen nog maar af te dalen richting het Natural Bridges National Monument, een
rare gewaarwording omdat je nergens iets ziet dat maar op een rotsbrug lijkt,
alleen maar bomen (struiken). Dan volgt toch het ranger station waar je de
entree gelden moet betalen, ze hebben geen idee of er op de camping nog plaats
is en ik blijk uiteindelijk de op een na laatste plaats te hebben gevonden. De
route door het park zou ongeveer een uur met de auto in beslag nemen en ik schat
nog voldoende lang daglicht te hebben om dit op de fiets te kunnen doen. Zelfs
nu is er nog niets te zien, totdat je bij de uitzichtpunten komt en je van
bovenaf neer kijkt op de rotsbruggen. Naar alle bruggen kan je afdalen. Ik
schijn wel op een goed tijdstip te zijn, een man vertelt dat je een paar uur
daarvoor door het licht de constructies bijna niet kon onderscheiden. Het Natural Bridges Natural Monument staat bekend als het donkerste staats park
in de VS en op de camping informatie hangt een bord welke sterrenbeelden je kunt
zien, tenzij je er natuurlijk met volle maan bent.
De volgende ochtend krijg ik van een mede
kampeerder de waarschuwing dat er - als gevolg van een hurricane - een dag
slecht weer op komst is vanuit Nieuw Mexico. Ik hoop dat het allemaal wel mee
zal vallen en met mijn regenjas onder handbereik ga ik toch maar op weg, de camping
biedt ook niet echt veel schuilplaatsen als het echt slecht wordt. Het
wordt een dag van veel afdalen. Na twintig kilometer krijg ik de eerste
onweersbui te verwerken, er is hier helemaal niets en stoppen en schuilen heeft
dus ook weinig tot geen zin. Ik gok nog op de Fry Lodge, maar deze blijkt al
gesloten te zijn en op het erf staat een groot onvriendelijk bord dat gasten
niet gewenst zijn. Daarna klaart het weer op en rij ik verder tot Lake Powell
met een zonnetje, bijna direct na aankomst regent het overigens opnieuw. Bij
Hite is er wel een kampeerterrein, maar dit is niet echt berekend op tenten,
maar er staan nog twee tenten. Haringen krijg je deze grindbodem niet eens in.
'S avonds nodigen mijn buren me uit om met ze mee te eten, ondertussen zie je
aan de overkant van het meer een nieuw onweer al snel dichterbij komen. Sneller
dan verwacht barst het los, ineens gaat een van de tenten er vandoor en
besluiten we de tweede zekerheidshalve plat te leggen met een zware koelbox er
bovenop. Alleen bij mijn tent blijft de schade beperkt tot twee losgetrokken
haringen. Inmiddels doorweekt bombardeer ik mijn fiets maar tot haring en duik
de tent in op te schuilen tot het over is (Mijn buren zijn met hun kinderen in
de auto's gaan zitten). Twee uur later is het onweer overgetrokken en kunnen we
weer beginnen met het heropbouwen van de tenten.
Voor het eerst deze vakantie is mijn tent bij het opbreken drijfnat, drogen komt later wel.
Omdat Lake Powell vrij laag licht moet ik eerst het dal uit zien te klimmen, uiteindelijk valt het allemaal nog wel mee (het is nog koel) en de rest van de weg naar Hanksville blijkt vrij vlak te zijn. Wel is opnieuw het landschap behoorlijk veranderd en voor het eerst sinds ik de waarschuwingsborden zie kom ik ook daadwerkelijk loslopende koeien tegen. Pas zodra je bij Hanksville zelf bent zie je het dorp liggen. Op de camping droog ik mijn tent en was ik alle natte spullen van gisteravond, na drie dagen fietsen is een douche ook wel lekker.
Op m'n dooie gemak sta ik op en ontbijt ik in
het restaurant bij de camping, ik hoef vandaag toch niet erg ver helaas blijkt
de camping bij het Capital Reef National Park al vol te zijn. Omdat hier het
principe geldt van die het eerst komt die het eerst maalt moet je hier al voor
half elf aanwezig zijn om nog een plaats te krijgen, zeker in dit populaire
seizoen. De dienstdoende ranger geeft mij het advies om of negen mijl terug te
rijden en wild te kamperen buiten het park of om elf mijl door te rijden naar
Torrey. Ik besluit het laatste te doen, omdat dit toch de richting is die ik op
ga, helaas zal ik de scenic byway die door het park loopt niet zien. vanuit
Torrey wordt dat een behoorlijk lange fietsdag. Ook in Torrey is er weinig accommodatie
beschikbaar bij de eerste camping waar ik aanklop wordt aangegeven
dat ze vol zitten en ook bij veel hotels hangt al een briefje aan dat er geen
ruimte meer is. Bij de tweede camping waar ik aankom hangt wel een briefje dat
er geen plaats meer is voor een camper, maar dat er wel nog plekken zijn voor
een tent en er nog een cabin beschikbaar is. Ik besluit de laatste te nemen. De
meeste campings zijn hier overigens niet groot, maximaal dertig plaatsen voor
campers (hook-up en/of pull through) en slechts een paar plaatsen voor tenten.
Na
een dag rust in Torrey mag ik meteen het Dixie National Forest in. Een hele
verandering ten opzichte van de vorige dagen, zoals de naam al zegt een bos met
bomen die niet in de categorie van de pygmee pines vallen. Tot Boulder hoef ik
alleen maar de Boulder Mountain over, volgens het bordje boven op de pas 9600
voet hoog. Dit gaat niet in een keer maar af en toe heb je kleine afdalingen
tussen door. Na de pas volgen dan nog één of twee klimmetjes, maar de rest is
omlaag naar Boulder. volgens het informatiebord bij het binnenrijden van het
plaatsje zouden er meerdere kampeerplaatsen moeten zijn, maar in de praktijk
blijkt dit al lang niet meer zo te zijn. Het is ook moeilijk om in te schatten
waar je precies in het dorp bent, de kaart bij aanvang is niet bepaald op schaal
en het dorp is bijzonder uitgerekt. Bij de laatste benzinepomp voor ik het dorp
verlaat drink ik nog iets en besluit eigenlijk om om te keren en toch maar een van
de hotels te nemen als mijn oog op een advertentie valt. Het pompstation annex
winkeltje heeft één cabin en die is nog vrij.
Na
Boulder rij ik door het Grand Staircase Escalante National Monument, zeker het eerste
stuk een heel indrukwekkend landschap, waar je juist van kan genieten omdat je
na de eerste paar kilometer aan een lange afdaling begint. Hierbij rijdt je op
een stuk zelfs over een bergkam met uitzicht op de valleien beneden je, meer
ruimte dan voor de weg is er af en toe niet. Halverwege deze afdaling kom ik een
Japanner (Takashi
Matsumoto) tegen op een bamboe fiets (hij is bezig aan de klim naar boven).
Niet veel later ben ik zelf ook beneden in de vallei aangekomen en kan ik het
dal weer uitklimmen en aan de laatste afdaling naar Escalante beginnen.
Ondanks dat ik nog niet zo'n erg grote afstand heb afgelegd besluit ik hier te
stoppen bij de Escalante Outfitter (Cabin en tentplaces), ik verwacht dat
doorrijden naar de volgende plaats net even te veel is voor een dag.
Door rijden was achteraf wel een optie geweest, in principe heb ik na dertig kilometer wel een pas van 7600 voet, maar dit stijgt heel geleidelijk. Nu is het wel zo dat ik na aankomst op de camping in Cannonville nog naar het Kodachrome Basin State Park kan. Ik ben blij dat ik dit stuk zonder bagage kan fietsen, het is in het park bloedheet en mijn water hoeft nog maar amper gekookt te worden.
'S ochtends hoef ik alleen nog
maar omhoog te fietsen naar Bryce. Overigens rijdt je al net even buiten
Cannonville het park in, sommige van de wandelingen beginnen hier en
waarschijnlijk kan je vanaf hier gewoon naar de rand van de Canyon lopen.
Bovenaan sta je in eens op een hoogvlakte, met veel bos. Na en paar kilometer
kom je bij de afslag naar de Canyon en nog een paar kilometer verder kom je bij
de park toegang. De camping ligt vlak bij de rand van de canyon. Het is er nog
rustig maar in de loop van de dag loopt deze helemaal vol. nadat ik mijn tent
heb opgezet loop ik éém van de kortere trails vanaf het sunrise point, deze
route is redelijk druk. Je hebt wel mooie uitzichten op de hoodoo's. 'S avonds
wordt ik aangesproken door een Zwitserse fietser of ik een site wil delen. De
plaatsen zijn groot genoeg en de campings zijn verder vol.
Mijn tweede dag in Bryce loop ik een langere route langs de Tower Bridge en de
Fairytrail, het laatste stuk loop je dan weer over de canyon-rand terug naar de
camping in totaal is dit iets van acht mijl.
Na Bryce daal ik - via de Red
Canyon - af naar Panquitch en neem een kamer in een motel, het is tijd om mijn
kleren weer eens te wassen (zitten onder het stof uit Bryce) en alle accu's weer
een op te laden. In de Red Canyon heb je een vrijliggend fietspad naast de weg
en kan je in alle rust afdalen. Na Panguitch daal ik verder af naar Glendale. Ik
rij nu evenwijdig met het Bryce Canyon National Park, dit zie je alleen aan de
hoger gelegen bergen. De canyon zelf ligt aan de andere kant van de bergrug.
Opnieuw ondergaat het landschap een grote verandering. In eerste instantie rijdt
je door een agrarisch landschap, en voor het eerst zie ik meer dan een handvol
koeien, en vervolgens lijkt het erop alsof je door een Alpen landschap rijdt.
Wat hoogte betreft kan het,voor een groot deel van de dag zit ik nog steeds
boven de 2000 meter.
In Glendale zoek ik de camping op, verder is er ook weinig alleen een real estate bureautje en een autosloperij waar het vol staat met klassiekers en ook
een in ontbinding verkerende Airstream caravan.
Er is heel wat bewolking, het waait hard en 's avonds trekt er een buitje over.
De temperatuur is inmiddels wel wat gezakt, maar vanochtend het ik langere tijd
moeten rijden met een temperatuur van rond de 6 á 7 graden. Door de
bewolking warmde de zon de omgeving minder snel op.
In een mum van tijd ben ik bij de
splitsing naar Zion, het is hier heel erg druk, gelukkig ga ik recht door hoewel
ik wel eerst weer een behoorlijk stuk moet klimmen naar de afslag richting Coral
Pink Sand Dunes State Park. Was de weg na de afslag richting Zion al niet
heel erg druk meer, hier is er bijna geen auto meer te bekennen. Na 11 mijl
bereik ik de ingang van het park, de meeste mensen zijn bezig in te pakken na
een weekeinde buiten. Het is wel een onrustige camping, in het park zijn ATV's
en OHV's (off the higway vehicles) toegestaan. De meeste camping gasten zijn
hier om met hun voertuigen het zand in te gaan. ondanks de naam is het
eigenlijke zand slechts een smalle strook, gevormd omdat de wind hier altijd uit
dezelfde hoek komt als gevolg van de omliggende heuvels. Veel aandacht gaat uit
naar de woestijn vegetatie, waarbij er sommige soorten uitsluitend hier
voorkomen. Het mooiste licht komt eigenlijk pas na de onweersbui aan het einde
van de middag, als de zon laag staat en het zand nog vochtig is.
'S
ochtends verlaat ik de camping en ga verder in de richting van Arizona, ik
verbaas me erover dat er in de afgelopen nacht nog relatief veel verkeer langs
kwam. Na een kilometer of tien rij ik Utah uit en verlaat ik het asfalt. Ik was
al gewaarschuwd dat dit een zandweg zou zijn, maar het zand is erg compact en is
probleemloos te rijden. Ondertussen zie ik overal zwarte wolken, waait het erg
hard en zie ik overal om me heen bliksemschichten. Er is een zwaar onweer
opkomst, maar met de wind in de rug schiet ik lekker op en ben ik zo weer terug
in Utah. Halverwege Hurricane begint het hard te regenen en trek ik toch maar
regenjas en broek aan, ondanks dat het niet continu zo hard regent trek ik het
geheel toch maar niet uit. Tot mijn vreugde omdat ik zelfs een hagelbui over me
heen krijg. Ik rij richting het centrum van de onweersbuien. Die zich vooral
rondom Hurricane lijken te manifesteren. in Hurricane zelf stop ik even om iets
te drinken en besluit vanwege het weer ergens een camping te zoeken en een cabin
te nemen. Tijdens mijn pauze houdt het om met zachtjes regenen en zoek ik zo
snel mogelijk het eerste beste hotel op. Het zijn overigens alleen maar heftige
buien met korte droge periodes tussendoor.
Na een comfortabele nacht in en bed lijkt het 's ochtends droog te zijn en dreigt de zon zelfs door te komen. Met droog weer rij ik richting Springville en wordt alleen geplaagd door een lekke voorband. Het lek is zo gerepareerd maar ik ben behoorlijk veel tijd kwijt met het verwijderen van het stuk staaldraad dat het lek heeft veroorzaakt. In het Zion National Park zet ik mijn tent op en rij terug richting Springville om nog wat boodschappen te doen. Op dat moment begint het weer te regenen en houdt het pas weer op tegen middernacht. Op dit soort buien is mijn tent niet voorbereidt (geen kuipgrondzeil), door het opspattende water zit de modder tot halverwege de binnentent. Veel meer dan liggen (ongeveer een halve kubieke meter) en wachten tot het ophoudt met regenen kan je niet doen.
Het
lijkt erop dat ik een jaar heb uitgezocht van uitersten, het was warmer dan
normaal en nu regent het al langer en harder dan ze hier gewend zijn (oktober
heeft gemiddeld vier dagen met neerslag). Je merkt ook dat er teveel water is
gevallen, in de Echo Canyon moet je moeite doen om de rivier - die er normaal
niet is - over te steken en andere canyons zoals de Zion Narrow zijn afgesloten
omdat er te veel water omlaag komt (de Narrow is normaliter een doorwaadbare
canyon). Tijdens mijn de trails die ik in Zion loop regent volgen de buien
elkaar op. Pas aan het einde van de middag klaart het weer op.
![]() |
![]() |
![]() |
|
Escalante | Glendale | Coral Pink Sand Dunes State Park | Zion National Park |
![]() |
|||
Campings |
Vanuit Zion rij ik terug naar Hurricana en de zon tegemoet, 's avonds hoor ik op het weather channel dat Arizona en Utah te maken had met tornado's. De weg Hurricane uit blijft vergelijkbaar met wat ik eerder heb ondergaan, maar zodra ik Washington uit rij voel ik me niet meer om m'n gemak. Ik rij door de winkelcentra tussen Washington en St. George in en voor mijn gevoel is het hier onvoorstelbaar druk met auto's. Terwijl het hier om plaatsen gaat met niet meer dan een 50.000 inwoners (in totaal). Er is geen hoogbouw in St. George en de plaats is enorm uitgestrekt. De grootste plaats die ik de afgelopen weken ben tegen gekomen had iets van 3.500 inwoners, de overige meestal maximaal een paar honderd. Dit beloofd wat voor Las Vegas.
Na St. George toont mijn kaart
eigenlijk alleen maar de interstate (I-15) naar Las Vegas en ga ik op zoek naar
een betere en meer gedetailleerde kaart. Helaas blijken er weinig andere
mogelijkheden te zijn. Om het eerste stuk van de interstate te vermijden rij ik
door een indianen reservaat over de oude highway 91, ik schat dat dit een omweg
van een kilometer of 50 is. Het gevolg is dat ik halverwege Arizona pas weer op
de interstate kom. Een paar mijl verder, bij het eerste casino, verlaat ik deze
weer op een stuk een "parallel" weg te nemen. Uiteindelijk moet ik het
laatste stuk tot Glendale toch over de snelweg, In Glendale neem ik de eerste
overnachtingsmogelijkheid, een motel direct na de afslag. Op deze wijze heb ik
de te rijden afstand verdubbeld, maar uiteindelijk niet meer dan 25 mijl over de
snelweg hoeven rijden, met een minimum aan afslagen. 'S ochtends rij ik eerste
een paar kilometer terug om de eerste afslag richting Lake Mead te nemen. Helaas
rij ik een paar kilometer voor de de afslag naar de Valley of Fire voor de derde
keer lek, ook deze keer is het een stukje staaldraad. Ik vermoed dat dit
afkomstig is van de geklapte vrachtwagenbanden die overal op de schouders van de
weg liggen. Het staaldraad is ook zo'n beetje het enige dat door de anti-lek
laag in mijn banden heen kan komen. Het vervelende is alleen dat je het lek zo
hebt geplakt, maar vervolgens een behoorlijke periode bezig bent met het
verwijderen van de oorzaak. Uiteindelijk kom ik in het Valley Of Fire State
Park, waar je gelukkig kan beginnen met de steilste helling van de afgelopen
maand. Op de camping heb ik één van de laatste vrije plekken, afgezien van de
generator van mijn buren denk ik de mooiste plek van de afgelopen maand.
Ik ga verder langs Lake Mead, tenminste dat denk ik want de weg ligt een paar kilometer van de oevers van het meer en door het profiel van het landschap kan ik slechts een enkele keer iets van het meer zien. Verder fiets ik hier door de woestijn er is er helemaal niets om je heen. Bij de afslag richting Las Vegas rij ik door om uiteindelijk in Henderson uit te komen. Zoland je langs Lake Mead rijdt is er niet te zien van Las Vegas, pas als je aan de afdaling naar Henderson begint en je naar rechts kijkt zie je duidelijk de skyline van de Strip in Las Vegas, alle grote hotels zijn duidelijk te herkennen.
Daarna volgen nog slechts de resterende kilometers richting Las Vegas, helaas wel weer over een drukke snelweg.
Foto's
Route
van
naar
afstand
hoogte
verschilmaximale
hoogte
![]()
![]()
Salt Lake City
45
Salt Lake City
Provo
90
259
1460
Provo
77
591
2032
Price
59
222
2285
![]()
Price
Green River
110
244
1752
Green River
Moab
82
304
1489
Arches NP
59
644
1613
Moab
Monticello
96
917
2153
Monticello
Blanding
37
214
2213
Blanding
Natural Bridges NM
81
905
2166
Natural Bridges NM
Hite / Lake Powell
86
315
2101
![]()
Hite / Lake Powell
Hanksville
85
439
1572
Hanksville
Torrey
88 *
530
2088
Torrey
Boulder
76 *
837
2923
Boulder
Escalante
45
456
2065
Escalante
Cannonville
90 **
580
2307
Cannonville
Bryce Canyon National Park
34
453
2428
Bryce Canyon National Park
Panquitch
44
105
2435
Panquitch
Glendale
70
198
2272
![]()
Glendale
Coral Pink Sand Dunes State Park
41
366
1888
Coral Pink Sand Dunes State Park
Hurricane
73
135
1813
Hurricane
Zion National Park
47
304
1219
![]()
Zion National Park
St. George
85
339
1211
![]()
St. George
Glendale
139
874
1433
Glendale
Valley of Fire State Park
55
380
690
Valley of Fire State Park
Henderson
102
876
724
![]()
Henderson
Las Vegas
28
98
645
Las Vegas
80
Totaal
2.004
11.585
* inclusief de afstanden gereden in Torrey
** inclusief Kodachrome Basin State Park
* Dit hoogteprofiel is samengesteld met behulp van een Garmin Etrex Vista Hcx
Kaarten
Garmin Topo US 2008
UniversalMap Nevada & Utah
Benchmark Utah
Reisgids:
Moon Utah
Moon Utah Camping
Lonely Planet Utah (pick & mix)
Lonely planet Nevada (pick & mix)
Geology Underfoot in Southern Utah
Links
ESTA (US Department of Homeland Security, Electronic System for Travel Authorization)